Plastische chirurgie wordt vaak geassocieerd met cosmetische of esthetische chirurgie, maar dit laatste is slechts een onderdeel van het werkterrein van de plastisch chirurg. Een plastisch of reconstructief chirurg is een chirurg die zich heeft gespecialiseerd in het operatief herstellen van vorm en functie van het lichaam.

Zijn hulp wordt ingeroepen bij patiënten met lichaamsafwijkingen en -verminkingen of uiterlijke onvolkomenheden die aangeboren zijn (een hazenlip) of later ontstaan door een ongeval, operatie of ziekte (denk aan brandwonden). Een onderdeel van de plastische chirurgie is de handchirurgie. Verder houdt een plastisch chirurg zich bezig – net als dermatologen dat in toenemende mate doen – met huidkanker en het verfraaien van het uiterlijk: de cosmetische chirurgie, Aandachtsgebieden, onder oncologische en cosmetische der-matochirurgie).

Eigenlijk hoort het gehele menselijk lichaam, en dan vooral de huid en de direct daaronder gelegen structuren, tot het werkterrein van de plastisch chirurg.

Plastisch chirurg Accenten

De plastische chirurgie kent geen echte deelspecialisaties, maar er kunnen wel verschillende accenten worden gelegd. Bepaalde plastisch chirurgen doen vooral handchirurgie, sommige chirurgen vrijwel uitsluitend esthetische chirurgie, en w’eer andere vooral grote reconstructies met behulp van microchirurgie, bijvoorbeeld in kankercentra waar grote wonden door middel van zogenoemde vrije weefseltransplantaties kunnen worden gesloten. Enkele centra houden zich vooral bezig met de correctie van aangeboren afwijkingen, terwijl in ongevals-centra de nadruk meer ligt op het herstel van grote verwondingen en verminkingen.

Relatief nieuw is de ‘maxillofaciale chirurgie’, waarbij vaak ingrijpende operaties aan de schedel en gelaatsbeenderen worden uitgevoerd. De maxillofaciale chirurgie wordt vaak toegepast bij aangeboren afwijkingen van het gelaat.

Klachten en problemen

Met wat voor klachten en problemen kunt u nu naar een plastisch chirurg? Dat zijn er heel wat. De meest voorkomende zijn:

• afwijkingen ontstaan door ongevallen, operaties of ziekten;
• te grote of te kleine borsten;
• een hangende buikwand na een zwangerschap;
• zware, hangende onder- of bovenoogleden;
• flaporen;
• afwijkende neusvorm;
• correcties van littekens van ongevallen of operaties;
• huidgezwellen zoals moedervlekken of vetgezwellen, of kwaadaardige gezwellen;
• handproblemen.

Soorten onderzoek

Als u bij een plastisch chirurg komt, zal hij eerst goed doorvragen wat uw verwachtingen over een operatie zijn. Soms zijn die verwachtingen namelijk niet realistisch en om teleurstellingen te voorkomen, zal hij hierover zeker met u praten. Hij zal u ook op de eventuele nadelige gevolgen, bijwerkingen en risico’s wijzen. Bij een zichtbare afwijking is het gebruikelijk er een foto van te maken, zodat u het resultaat van de operatie kunt vergelijken met de oorspronkelijke situatie.

Voordat de plastisch chirurg gaat opereren, zal hij wellicht eerst enkele onderzoeken laten uitvoeren. Röntgenfoto’s of zenuwonderzoeken zijn vooral nodig bij handoperaties. Bij grote operaties worden enkele bloedonderzoeken uitgevoerd, terwijl bij ouderen en bij mensen bij wie dat op grond van de anamnese nodig is, ook long- en hartonderzoek kan worden verricht.

Bij verdenking van kwaadaardigheid zal de patholoog het weefsel dat bij de operatie is verwijderd nakijken om een definitieve diagnose van de afwijking te kunnen stellen; dit wordt histopathologisch onderzoek genoemd.

Behandelingen en ingrepen Wat doet een plastisch chirurg zoal? Gezien zijn opleiding, die specifiek gericht is op het sluiten van weefseldefecten en op fijnzinnige weefselbehandeling, heeft hij een zeer breed werkterrein. Hij houdt zich onder andere bezig met:

de huid:
– littekencorrecties;
– brandwonden;
– het verwijderen van moedervlekken en knobbeltjes op de huid;
– huidkanker;
– laserbehandeling van acnelittekens en rimpeling;
de borst:
– borstverkleiningen of -vergrotingen;
– borstreconstructie;
cosmetische chirurgie:
– ooglidcorrectie;
– correctie van flaporen;
– facelift;
– halslift;
– voorhoofdslift;
– liposuctie;
– neuscorrectie;
– buikwandcorrectie;
handoperaties;
craniofaciale chirurgie (afwijkingen in het aangezicht);
grote weefselconstructies:
– na ongevallen;
– na uitgebreide kankerchirurgie;
– bij doorligplekken.